Paragrafen

Financiering

De richtlijnen en doelstellingen met betrekking tot de financieringsactiviteiten zijn vastgelegd in het treasurystatuut.  Het wettelijke kader hiervoor vormt de Wet Fido (Wet Financiering Decentrale Overheden).
Treasury omvat alle activiteiten die zich richten op het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s.

Doelstellingen treasurybeleid (mede uitgevoerd door NV Bank Nederlandse Gemeenten (BNG)):
De treasuryfunctie van de gemeente dient tot:

  • het zorgdragen van een tijdige beschikbaarheid van middelen door het verkrijgen en handhaven van toegang tot financiële markten tegen acceptabele condities;
  • het beschermen van gemeentelijke vermogens- en renteresultaten tegen ongewenste financiële risico’s zoals renterisico’s, koersrisico’s, kredietrisico’s en liquiditeitsrisico’s;
  • het minimaliseren van de interne verwerkingskosten en externe kosten bij het beheren van de geldstromen en financiële posities;
  • het optimaliseren van de renteresultaten binnen de kaders van de Wet Fido respectievelijk de gemeentelijke kaders vastgelegd in het treasurystatuut.

Rentevisie

De verwachting is dat de rentetarieven stabiliseren. Dit geldt zowel voor de korte termijn rente als de lange termijn rente. Wij houden de renteontwikkelingen nauwlettend in de gaten. De gemeente Vught staat voor grote financieringsopgaven in het kader van komende investeringsprogramma’s (met name korte termijnmaatregelen N65 en de scholen De Lichtstraat en Molenven).

Om een optimaal renteresultaat te behalen streven we door liquiditeitenbeheersing naar zo min mogelijk overtollige middelen. De tekorten financieren we zoveel mogelijk kort. Op kasgeldleningen gelden lagere rentes. Hierdoor maken we optimaal gebruik van de lage rentestanden. Zodra wettelijke grenzen overschreden dreigen te worden of zodra verwacht wordt dat de rente een structurele stijgende lijn zal vertonen, zal een langlopende lening aangetrokken worden.

Liquiditeitsplanning

Om geen ongewenste risico's te lopen en om een optimaal renteresultaat te behalen worden alle treasury activiteiten gebaseerd op een liquiditeitsplanning. De liquiditeitsplanning is onderverdeeld in kasstromen uit operationele, investering en financieringsactiviteiten en laat meerjarig het volgende beeld zien:

Kasstroomoverzicht

x € 1.000

2025

2026

2027

2028

2029

exploitatiesaldo

-441

-2.966

-370

-760

193

overige liquiditeitsmutaties reserves/voorzieningen

12.977

-2.540

-1.005

-2.527

-474

bij: afschrijvingen

5.424

6.272

7.259

6.896

6.940

bij:mutaties werkkapitaal

8.925

-211

-240

-3

0

kasstroom uit operationele activiteiten

26.885

555

5.644

3.605

6.659

investeringen materiële vaste activa

-4.275

-17.411

-17.550

-7.385

-14.314

desinvesteringen materiële vaste activa

0

0

0

0

0

mutatie financiële vaste activa

283

20

19

20

19

kasstroom uit investeringsactiviteiten

-3.992

-17.391

-17.531

-7.365

-14.295

aflossing langlopende lening

-4.632

-4.636

-4.641

-4.646

-4.651

kasstroom uit financieringsactiviteiten

-4.632

-4.636

-4.641

-4.646

-4.651

Saldo 1 januari

500

500

500

500

500

mutaties in boekjaar

18.261

-21.472

-16.528

-8.405

-12.287

saldo 31 december

18.761

-20.972

-16.028

-7.905

-11.787

liquiditeitsbehoefte(langlopende lening)

0

21.050

16.048

8.399

12.287

saldo na aantrekken langlopende lening*

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

cumulatieve liquiditeitsbehoefte 

-2.077

18.973

35.021

43.420

55.706

*  minimaal benodigde kaspositie kort wordt gesteld op € 500.000

De langlopende leningen worden op de kapitaalmarkt gefinancierd.

Rentetoerekening

De rentelasten worden door middel van een rente omslagpercentage toegerekend aan de verschillende taakvelden.

Rentetoerekening 

2026

2027

2028

2029

                                                                  x € 1.000

a. Externe rentelasten (korte en lange financiering)

1.677

1.869

1.910

1.740

b. Externe rentebaten 

-3

-3

-3

-3

Saldo rentelasten en rentebaten 

1.674

1.867

1.907

1.737

Toegerekende rente grexen/projecten

-341

-343

-391

-408

c2. Rente projectfinanciering 

0

0

0

0

c3. Rentebaat doorverstrekte leningen

0

0

0

0

Aan taakvelden toe te rekenen externe rente

1.333

1.523

1.516

1.329

d1. Rente over eigen vermogen 

0

0

0

0

d2. Rente over voorzieningen 

0

0

0

0

Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente

1.333

1.523

1.516

1.329

e. De aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag)

1.369

1.620

1.722

1.728

f. Taakveld Onverdeeld financieringsresultaat

35

96

206

399

Risicobeheer

In de wet Fido is een begrenzing opgenomen van kortlopende middelen die gemeente mogen opnemen, de zogenaamde kasgeldlimiet. De minister heeft de limiet vastgesteld op 8,5% van het begrotingstotaal. Voor de gemeente Vught wordt de kasgeldlimiet geraamd op:

Kasgeldlimiet            x € 1.000

2026

2027

2028

2029

Begrote lasten

130.123

121.383

115.734

110.199

Kasgeldlimiet

11.060

10.318

9.837

9.367

De renterisico-norm begrenst de rentegevoeligheid van de vaste schuldpositie van de gemeente. Het renterisico wordt bepaald door de som van het bedrag aan herfinanciering en het bedrag aan renteherziening op de vaste schuld. Het percentage is door de minister vastgesteld op 20% van het begrotingstotaal. Maximaal mag dus 20% van het begrotingstotaal in enig jaar aan rentegevoeligheid onderhevig zijn. De gemeente Vught heeft 12 lineaire leningen uitstaan tegen vaste renten. Het totaal geleende bedrag bedraagt op 1 januari 2023 € 59,8 miljoen. Doordat er in gelijke delen wordt afgelost lopen we een beperkt renterisico.

Berekening renterisiconorm  x € 1.000

2026

2027

2028

2029

10

Begrote lasten

130.123

121.383

115.734

110.199

11

Het bij ministeriële regeling vastgesteld %

20%

20%

20%

20%

12

Renterisiconorm

26.025

24.277

23.147

22.040

Berekening rente risico (x € 1.000)

1a

Renteherziening op vaste schuld o/g

0

0

0

0

1b

Renteherziening op vaste schuld u/g

0

0

0

0

2

Renteherziening op vaste schuld (1a-1b)

0

0

0

0

3a

Nieuw aangetrokken vaste schuld

16.896

18.125

8.399

12.286

3b

Nieuw uitgezette vaste geldleningen

0

0

0

0

4

Netto nieuw aangetrokken vaste schuld (3a-3b)

16.896

18.125

8.399

12.286

5

Betaalde aflossingen

4.632

4.636

4.641

4.646

6

Herfinanciering (laagste van 4 en 5)

21.528

22.761

13.040

16.932

7

Renterisico op de vaste schuld (2+6)

21.528

22.761

13.040

16.932

8

Renterisiconorm

26.025

24.277

23.147

22.040

9a

Ruimte onder renterisiconorm (8-7)

4.497

1.516

10.107

5.108

9b

Overschrijding renterisiconorm (7-8)

0

0

0

0

Uit bovenstaande berekening blijkt dat ons renterisico onder de renterisiconorm blijft.

Schatkistbankieren

Alle decentrale overheden zijn verplicht hun overtollige middelen (middelen die niet onmiddellijk nodig zijn voor de publieke taak) in de schatkist aan te houden.

Om het dagelijks kasverkeer te vereenvoudigen is er een drempelbedrag dat buiten de schatkist mag worden gehouden. Het drempelbedrag is een gemiddeld saldo per kwartaal. Voor de komende jaren wordt dit voor onze gemeente geraamd op:

Drempelbedrag schatkistbankieren x € 1.000

2026

2027

2028

2029

Begrote lasten

130.123

121.383

115.734

110.199

Drempelbedrag

976

910

868

826

Deze pagina is gebouwd op 11/11/2025 16:45:31 met de export van 11/11/2025 16:39:39